Bleker: 'Door het Ctgb is mij gemeld dat bij de herbeoordeling die heeft plaatsgevonden, de toen beschikbare relevante wetenschappelijke literatuur, die openbaar is, is bezien en meegewogen.'

Kamerleden van GroenLinks, SP, PvdD en PvdA lieten zich op woensdag 7 september 2011 zeer kritisch uit over het Ctgb tijdens het debat over bijensterfte in de Commissie Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (zie bijlage). Staatssecretaris Bleker had het Ctgb opdracht gegeven om de middelengroep neonicotinoïden te herbeoordelen in verband met bijensterfte. Dit leidde tot aanpassing van de gebruiksvoorschriften van enkele middelen. Esther Ouwehand (PvdD) noemde het onderzoeksrapport een 'treurige academische exercitie'. Ze vertrouwt de conclusies van het rapport niet en eist toetsing door een derde partij. SP-Kamerlid Henk van Gerven riep op om de onafhankelijkheid van het college te laten onderzoeken. Volgens Rik Grashoff van GroenLinks zijn de gebruiksvoorschriften niet naleefbaar. Volgens Bleker heeft de aanscherping van de gebruiksvoorschriften wel degelijk effect. Bleker zei dat bij het onderzoek ook externe partijen zijn geraadpleegd. Hij ziet dan ook geen aanleiding om de herbeoordeling door derden te laten toetsen. Navolgend de reactie van de toxicoloog Henk Tennekes op deze uitspraak van de staatssecretaris. Op dinsdag 13 september sprak de Tweede Kamer over gewasbeschermingsmiddelen en bijensterfte. Esther Ouwehand [PvdD] vroeg in een motie de herbeoordeling van neonicotinoïden van het CTGB voor toetsing voor te leggen aan onafhankelijke onderzoekers. Navolgend de felle discussie hierover tussen Esther Ouwehand en Staatssecretaris Henk Bleker. De fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks en de PvdD hebben voor deze motie gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Op dit moment loopt nog een literatuuronderzoek naar effecten van neonicotinoïden. De uitkomst hiervan wordt dit najaar bekend.

In oktober komt de staatssecretaris met een reactie op een onderzoek naar het functioneren van het Ctgb dat deze maand is afgerond.

Bronnen: De Boomkwekerij, 08-09-2011
http://www.deboomkwekerij.nl/nieuws/7232/kamerleden-kritisch-over-ctgb
Bijensterfte.nl, 16-09-2011
http://www.bijensterfte.nl/nl/node/482

Henk Tennekes

do, 08/09/2011 - 13:20

Tot mijn grote verbazing beweerde staatssecretaris Bleker tijdens het algemeen overleg van de commissie ELI op 07-09-2011 dat de visies van onafhankelijke wetenschappers zijn meegenomen bij de herbeoordeling van de neonicotinoiden door het Ctgb. Ik ben inderdaad gehoord door de collegeleden van het Ctgb op een bijeenkomst van 25 mei in het Bijenhuis te Wageningen. Daarin heb ik gerefereerd naar mijn recente publicatie in het vaktijdschrift Toxicology (zie bijlage). In dit artikel wordt aangetoond dat de risico’s van neonicotinoiden voor bijen schromelijk zijn onderschat en de neonicotinoiden wel degelijk een centrale rol bij de verhoogde bijensterfte spelen. Bayer CropScience heeft mijn argumentatie niet kunnen weerleggen (zie bijlage). U zult echter in het herbeoordelingsrapport van het Ctgb (zie bijlage) tevergeefs zoeken naar een evaluatie van dit artikel, ondanks het het feit dat de toenmalige minister Verburg (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) op 29 september 2010 bij de beantwoording van vragen van het lid Thieme (PvdD) over nieuwe feiten omtrent de schadelijkheid van bestrijdingsmiddelen voor bijen (ingezonden 30 juli 2010) het volgende schreef (zie bijlage) ten aanzien van de conclusie van Tennekes dat langer durende blootstelling de giftige werking van neonicotinoide insecticiden versterkt en dat dit verklaart waarom ook zeer geringe hoeveelheden van deze stoffen in het milieu in de loop van de tijd een dodelijke werking op ongewervelde dieren, met daaronder ook bijen, hebben: "De beoordeling van het artikel en de juistheid van de conclusies van de auteur betreffende het risico voor bijen is niet mogelijk binnen de gestelde termijn voor beantwoording van deze vragen, maar vindt plaats in het kader van een bezwaarschrift dat op een toelating van imidacloprid bij het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) is binnengekomen."

Henk Tennekes

vr, 16/09/2011 - 11:54

Op dinsdag 13 september sprak de Tweede Kamer over gewasbeschermingsmiddelen en bijensterfte. Esther Ouwehand [PvdD] vroeg in een motie de herbeoordeling van neonicotinoïden van het CTGB voor toetsing voor te leggen aan onafhankelijke onderzoekers:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de Kamer heeft gevraagd (32372, nr. 19) om een volledige herbeoordeling van reeds toegelaten neonicotinoïden op de effecten ervan op de gezondheid van bijen;
constaterende dat het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (CTGB) een zeer beperkte literatuurstudie heeft gedaan ter uitvoering van deze motie, waarbij de meest recente wetenschappelijke inzichten buiten beschouwing zijn gelaten;
van mening dat de huidige toelatingen van neonicotinoïden hiermee nog steeds een gevaar vormen voor het optreden van verhoogde bijensterfte;
verzoekt de regering, de herbeoordeling van neonicotinoïden van het CTGB voor toetsing voor te leggen aan onafhankelijke onderzoekers,
en gaat over tot de orde van de dag.

Over deze motie ontstond de volgende discussie:
Staatssecretaris Bleker:
De motie-Ouwehand op stuk nr. 61 ontraad ik eveneens. Er is geen aanleiding om dat te doen. Op basis van de Europese toetsingskaders heeft de herbeoordeling plaatsgevonden. Daarnaast is door het CTGB alle meest recente wetenschappelijke openbare literatuur bezien en meegewogen in de beoordeling. De motie is overbodig.
Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Ik geef de staatssecretaris graag de gelegenheid om terug te komen op zijn woorden bij de beoordeling van de motie op stuk nr. 2. Hij zegt hier in de plenaire zaal tegen de Kamer dat er gebruik is gemaakt van het meest recente wetenschappelijke inzicht bij de herbeoordeling van de neonicotinoïden. Ik kan de staatssecretaris alvast zeggen dat er aanwijzingen zijn dat dit niet het geval is, dus ik wil hem de kans geven om dat terug te nemen.

Staatssecretaris Bleker:
Door het Ctgb is mij gemeld dat bij de herbeoordeling die heeft plaatsgevonden, de toen beschikbare relevante wetenschappelijke literatuur, die openbaar is, is bezien en meegewogen. Mogelijkerwijs is er sindsdien nog andere wetenschappelijke literatuur verschenen, mogelijkerwijs is er ook wetenschappelijke literatuur die niet openbaar is, maar mij is verzekerd dat de openbare wetenschappelijke literatuur die op dat moment beschikbaar was, is meegewogen bij de beoordeling

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Ik wilde er een opmerking over maken, want het zou niet voor het eerst zijn in dit dossier dat de Kamer onjuist wordt geïnformeerd en het is zeer ernstig als er over deze feiten wordt gelogen. Ik wil dat hier gezegd hebben.

De heer Koopmans (CDA):
Voorzitter. Ik wilde een vraag stellen over de motie op stuk nr. 8, maar het lijkt mij dat er even tussen mevrouw Ouwehand en de staatssecretaris moet worden gewisseld over de woorden die mevrouw Ouwehand daarnet gebruikte, want dit zijn zulke grote woorden dat zij de kern van ons functioneren raken.

De voorzitter:
Mijnheer Koopmans, ik snap wat u zegt, maar de staatssecretaris heeft ze gehoord en ik denk niet dat dit uw taak is. U kunt zelf uw oordeel erover geven.

De heer Koopmans (CDA):
Voorzitter. Dit is wel mijn taak. Wanneer hier een collega zegt dat de staatssecretaris liegt, is het een taak van een ander Kamerlid om daar even de vinger op te leggen en te kijken hoe dat gesprek zich ontrolt, want het is cruciaal, gezien artikel 68 van de Grondwet, dat hier slechts de waarheid wordt gesproken.

De voorzitter:
Maar de staatssecretaris gaat over zijn eigen woorden.

Staatssecretaris Bleker:
Voorzitter. Op zichzelf hoef ik niet te herhalen wat ik heb gezegd. Door dit orgaan is mij verzekerd dat de relevante openbare wetenschappelijke literatuur is gebruikt bij de herbeoordeling die heeft plaatsgevonden. Daar vertrouw ik op.

De voorzitter:
Volgens mij maakte mevrouw Ouwehand zojuist in algemene zin een opmerking.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Ja, dat wilde ik inderdaad bevestigen. Het kan zijn dat het Ctgb dit aan de staatssecretaris meldt, maar ik vraag hem of hij dit echt heel zeker weet.

De voorzitter:
Dan sluiten we dat hiermee af en dan gaat u nu uw eigen vraag stellen.