De weidevogels sterven uit in de Achterhoek

De Organisatie voor Vrijwillige Weidevogelbescherming in Bronckhorst is in 2011 opgeheven. Dit bij gebrek aan vogels. De eerste waarnemingen van 2011 waren schrikbarend wat betreft de aantallen vogels en nesten die werden aangetroffen. Gebieden bleken ontvolkt. De neergang betrof voornamelijk kievitten Vanellus vanellus en scholeksters Haematopus ostralegus. Met de in het grasland broedende weidevogels (grutto Limosa limosa, wulp Numenius arquata en tureluur Tringa totanus) ging het al enige jaren slecht, maar de laatste jaren was er dus ook een achteruitgang van scholeksters en kievitten.

Percelen waar men afgelopen jaren nog ongeveer 13 nesten vond, waren nu leeg of er was nog een enkel nest. Van de veldleeuwerik Alauda arvensis werden nog ongeveer 2 á 3 paartjes aangetroffen. Bronckhorst is een plattelandsgemeente in de Achterhoek. Rijk bedeeld met natuurschoon; bossen, uitgestrekte weilanden en water wisselen elkaar af.

Bron: gemeente Bronckhorst, april 2011
http://www.bronckhorst.nl/index.php?mediumid=5&pagid=3233&stukid=39939&…

Ten westen van de uitbreidingswijk Beinum (Doesburg), ingeklemd tussen de IJssel, de provinciale Rivierenweg en het eeuwenoude landgoed Bingerden, ligt een kleinschalig landbouwgebied: de zogenaamde Stadsweiden Beinum. Het gebied bestaat voornamelijk uit weiland ten behoeve van de melkveehouderij, enkele maisakkers, enkele bosjes en houtwallen en enkele erven. Ten behoeve van de Avifauna van de Grote Rivieren is het terrein op broedvogels onderzocht en daar is indertijd (in 1975) een apart verslag van gemaakt . Hierna is het gebied voor een beperkt aantal soorten in 1997 en 2002 onderzocht. In 2010 is het gebied op alle soorten onderzocht. Uit de gegevens blijkt dat de Stadsweiden Beinum sinds 1975 aan behoorlijke veranderingen onderhevig zijn. De grutto is verdwenen en de kievit heeft een flinke aderlating ondergaan. Veldleeuwerik, graspieper Anthus pratensis en huiszwaluw Delichon urbicum zijn ook verdwenen. De roek Corvus frugilegus broedde in een flinke kolonie in beide ruilverkavelingbosjes langs de dijk van de IJssel. Na een flinke dunning van beide bosjes vlak voor het broedseizoen, nam het aantal met 75% af. De ringmus Passer montanus is dramatisch afgenomen en de kneu Carduelis cannabina loopt geleidelijk terug. Kortom qua achteruitgang volgen de Stadsweiden Beinum de landelijke trend van de teruggang van een aantal eertijds typische vogelsoorten van het agrarisch gebied. Door de intensieve landbewerking zijn de weidevogels vrijwel op.

Bron: Broedvogelinventarisatie Stadsweiden Beinum te Doesburg 2010: een gebied in de vaart der volkeren (april 2011)
http://www.beinumwest.nl/pivot/entry.php?id=54&w=my_weblog