De onstuimige toename van broedende boomleeuweriken is de laatste 10 jaar tot staan gekomen

Het verspreidingsgebied van de boomleeuwerik Lullula arborea is vrijwel beperkt tot de hogere zandgronden (schrale heide, zandverstuivingen en open plekken in bossen) en de duinstreek. Het belangrijkste bolwerk is de Veluwe dat 40% van de landelijke populatie huisvest. Andere kerngebieden liggen in Noord-Brabant, in Limburg en in de grote boswachterijen en heidevelden in Drenthe. In het westen van het land wordt de soort vooral aangetroffen in de duinstreek tussen Camperduin en Den Haag. De broedpopulatie heeft zich in een kwart eeuw weten te verdubbelen van gemiddeld 2.800 paren in de periode 1979-1983 tot gemiddeld 5.500 paren in 1999-2003. In de laatste 10 jaren is deze onstuimige toename vrijwel tot staan gekomen, lokaal is zelfs achteruitgang opgetreden.

In Luxemburg is de soort ernstig bedreigd. De soort staat als gevoelig op de Duitse rode lijst. In Duitsland, de Ukraine, Kroatië en Servië ging de soort in de jaren 1990 achteruit (gegevens Birdlife International, zie bijlage). De boomleeuwerik fourageert op kale grond of tussen vegetatie en leeft voornamelijk van insecten zoals rupsen, vlinders, miljoenpoten en snuitkevers. Al vanaf half februari arriveren gepaarde vogels op de broedplaatsen. De boomleeuwerik broedt van eind maart, begin april tot eind juni. Beide ouders verzorgen de jongen. Drie broedsels per jaar zijn mogelijk.

Bronnen:
http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/documenten/profielen/vogels/…
http://www.sovon.nl/soorten.asp?euring=9740&lang=nl
http://www.aviflevoland.nl/html/Boomleeuwerik.html
http://www.vogelbescherming.nl/vogels_kijken/vogelgids/zoekresultaat/de…
http://nl.wikipedia.org/wiki/Boomleeuwerik
http://www.soortenbank.nl/soorten.php?soortengroep=vogels&record=Lullul…
Europese populatie trends: zie bijlage