Een weesgegroetje voor het Rozenkransje?

Het Rozenkransje (Antennaria dioica) is een tweehuizige, kruipende plant, die zich behalve via zaad ook vegetatief kan uitbreiden. De soort was vroeger een algemene verschijning in schrale graslanden in de duinen en op de hogere zandgronden. Sinds 1950 is het Rozenkransje echter gestaag afgenomen. Er zijn aparte mannelijke en vrouwelijke planten en de aanwezigheid van beide geslachten in een populatie is noodzakelijk voor een succesvolle voortplanting. De bestuiving van het Rozenkransje beïnvloedt de levensvatbaarheid. De bloemhoofdjes worden bezocht door een breed scala aan insecten, verschillende soorten vliegen, zweefvliegen, bijen, mieren en dagvlinders. Het aantal insecten dat op de bloemhoofdjes wordt gezien is echter relatief laag. Een bestuivingsexperiment in twee populaties bij Bergen aan Zee liet zien dat het met de hand opbrengen van extra stuifmeel op de stempels van natuurlijk bestoven bloemhoofdjes tot een zeer sterke toename in de zaadproductie (van 20 naar 60 zaden/hoofdje) leidde.

Volgens het Europees Milieuagentschap (EEA) zal slechts de helft van het Europese oppervlaktewater de doelstellingen van de kaderrichtlijn water halen tegen 2015

De problemen blijven zowel bij het Europese oppervlakte- als grondwater groot. Daarvoor heeft de EU ecologische, chemische en kwantitatieve normen opgesteld, in de zogeheten kaderrichtlijn water. Die normen moeten vanaf 2015 gehaald worden, maar meer dan de helft van het oppervlaktewater (rivieren, meren en kustzones) krijgt echter nog steeds een onvoldoende voor de ecologische normen. Het jongste EEA-rapport voorspelt dat slechts 52 procent van het Europese water de normen haalt die de Europese Unie zichzelf voor 2015 heeft opgelegd. In zestien EU-landen is meer dan 10 procent van het grondwater er chemisch slecht aan toe. In Vlaanderen, Luxemburg, Tsjechië en Malta loopt dat zelfs op tot 50 procent.

Zaad coating met fipronil heeft een negatief effect op groot koolwitjes

In de zomer van 2010 wilde de kweek van groot koolwitjes niet vlotten. Ook bij Entomologie aan Wageningen Universiteit, waar met dezelfde koolwitjes en dezelfde planten wordt gekweekt, ging het mis. De uitgekomen vlinders zagen er op het eerste gezicht goed uit, maar het viel op dat ze aan de kleine kant waren. En ze wilden nauwelijks paren en dus ook geen eitjes leggen of hoogstens kleine eipakketjes en solitaire eieren waarvan er maar enkele uitkwamen. Een week later bleek dat de vlinders ook niet goed vlogen en snel dood gingen. Toen er het volgende voorjaar eenmaal 'schone' planten werden aangeleverd was het opmerkelijk dat rupsen die pas in het laatste rupsstadium hiervan aten, vlinders leverden die wel paarden en eitjes legden. De planten waren niet met insecticiden bespoten, dus daaraan lag het niet. Maar waaraan wel? Na 6 maanden naarstig zoeken naar de oorzaak bleek het uiteindelijk te gaan om een middel waarmee de nieuwe lichting zaden was behandeld: fipronil (ook in de handel als Mundial), behorende tot de groep van fenylpyrazolen, een andere chemische categorie dan de neonicotinoïden.

De gemiddelde Amerikaan eet 87 kilogram genetisch gemanipuleerd voedsel per jaar

Uit een nieuwe studie met als titel "Amerikanen eten hun gewicht in genetisch gemanipuleerd voedsel" blijkt dat er nog een scala aan onduidelijkheden rond dit thema hangt. Dat gaat van overconsumptie tot een gebrek aan gezondheidsstudies op lange termijn, lakse overheidscontroles en een onduidelijke wetgeving inzake het label. De studie die er kwam in opdracht van de Milieu Werkgroep analyseert de gegevens van het Amerikaanse Ministerie van Landbouw (USDA). Daaruit blijkt dat de gemiddelde Amerikaan per jaar 87 kilogram genetisch gemanipuleerd voedsel eet. Ter vergelijking: de gemiddelde volwassene weegt er 81 kilogram. En de gevolgen daarvan op lange termijn zijn nog steeds ongekend. "Hoog tijd voor degelijke gezondheidsstudies en een duidelijk label" zegt onderzoekster Renee Sharp.

Blootstelling aan pesticiden voor de geboorte draagt bij tot de ontwikkeling van leukemie

De Belgische Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid raadt particuliere en professionele gebruikers van pesticiden aan om voorzorgsmaatregelen te nemen zodat toekomstige ouders en ouders van jonge kinderen zo weinig mogelijk worden blootgesteld aan deze producten. Als kinderen voor hun geboorte of op jonge leeftijd vaak of in grote mate aan pesticiden (gewasbeschermingsmiddelen en biociden) worden blootgesteld, zou dit kunnen bijdragen tot de ontwikkeling van leukemie. Dat is de conclusie van een studie in opdracht van de FOD Volksgezondheid door de Université catholique de Louvain (UCL). De onderzoekers hebben studies uit verschillende landen over pesticiden en leukemie bij kinderen met elkaar vergeleken. Uit hun berekeningen is een mogelijk verband tussen leukemie bij kinderen en blootstelling aan pesticiden tijdens de zwangerschap of de eerste levensjaren naar voor gekomen. Dit is het meest uitgesproken bij het gebruik van pesticiden binnenshuis.

De huidige aantallen van de patrijs bedragen nog maar enkele procenten van die rond 1950

Het is nauwelijks meer voor te stellen, maar tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw was de patrijs (Perdix perdix) nog een doodnormale bewoner van het boerenland in allerlei delen van Nederland. Ondanks zijn nogal verborgen levenswijze kenden velen de kraaiende roep, de scharrelende paartjes (het mannetje heel waakzaam), de familiegroepen in de nazomer en de soms tientallen vogels tellende kluchten in de winter. Dit alles ondanks een achteruitgang die al aan de gang was en daarna heeft doorgezet. De huidige aantallen bedragen naar schatting maar enkele procenten van die rond 1950. De redenen voor de dramatische achteruitgang, die in heel West-Europa plaatsvond, zijn redelijk goed bekend. Door schaalvergroting in de landbouw verdwenen nestplaatsen, terwijl pesticidengebruik leidde tot voedseltekort voor de kuikens. In de winter zijn er onvoldoende mogelijkheden om te schuilen of voedsel te vinden.

Kunstmest en pesticiden kunnen bij gelijkblijvende oogst worden verminderd en toxines in het grondwater aanzienlijk worden teruggebracht

Onderzoekers van onder andere de Iowa State University hebben aangetoond dat met behulp van langere cycli betere opbrengsten mogelijk zijn voor maïs en sojabonen. Kunstmest en pesticiden kunnen worden verminderd met 88 procent en toxines in het grondwater aanzienlijk worden teruggebracht. Daarbij bleef de oogst gelijk of nam zelfs toe.“Chemicaliën en pesticiden zijn handige gereedschappen om de landbouw aan te sturen in plaats van te leiden,” concluderen wetenschappers.

Combi van pesticiden tast individuele hommel en kolonie aan

Wanneer hommels aan een combinatie van bestrijdingsmiddelen worden blootgesteld dan heeft dat gevolgen voor hun gedrag. En het tast ook het succes van de kolonie in haar geheel aan. Dat blijkt uit nieuw onderzoek (bijlage). Wetenschappers van de Royal Holloway, University of London trekken die conclusie op basis van experimenten. Ze stelden hommels, afkomstig uit veertig verschillende, jonge koloniën bloot aan twee soorten veelgebruikte pesticiden: neonicotinoïden en pyrethroïden. De onderzoekers zorgden ervoor dat de hommels aan dezelfde hoeveelheden bestrijdingsmiddelen werden blootgesteld als in ‘het echt’ gebeurt, wanneer de hommels in aanraking komen met bloemen die met bestrijdingsmiddelen zijn behandeld.
Uit het onderzoek blijkt dat hommels die aan pesticiden werden blootgesteld minder effectief op zoek gingen naar voedsel. De kolonie ontving dus ook minder voedsel en had minder energie om nieuwe werkers op te voeden. Ook bleken werkers die aan pesticiden waren blootgesteld vaker te verdwalen. Dat schrijven de onderzoekers in het blad Nature.

Gaat de kikker binnenkort verdwijnen?

Het komt niet vaak voor dat je getuige wordt van het uitsterven van een hele klasse van dieren. We waren er niet toen de dinosauriërs verdwenen, en de dodo was gewoon maar één vogelsoort - het was niet zo dat alle vogelsoorten verdwenen. Maar volgens wetenschappers is dat precies wat er met amfibieën gaat gebeuren: Kikkers en andere soorten in de amfibieën klasse staan op het punt te verdwijnen, tenzij natuurbeschermers onmiddellijk actie ondernemen.

Een nieuw rapport maakt pesticiden mede verantwoordelijk voor gezondheidsproblemen bij kinderen

Autisme, ADHD, leer- en gedragsproblemen, kanker en astma nemen sterk toe bij kinderen in de Verenigde Staten. Een nieuw rapport maakt pesticiden mede verantwoordelijk voor deze gezondheidsproblemen. "De bescherming van onze kinderen is een fundamentele taak van het ouderschap, maar hoe moeten we dit doen als giftige stoffen, die de ontwikkeling van kinderen kunnen verstoren, vrij kunnen circuleren in onze economie?", zegt Sandra Steingraber, ecoloog en bekend auteur. "Het PAN rapport (bijlage) werpt een licht op een volledig vermijdbare tragedie waardoor een hele generatie kinderen niet een volledige persoonlijkheidsontwikkeling zal kunnen realiseren. Het beschrijft zowel een schending van de mensenrechten als ook een crisis van het gezinsleven".